Gondwana


Gondwana

Onze tongen die liefde en oorlog begonnen, rol ze op
Duw onze knieën tegen de borst, armen op de rug
Drijf ons over de rand van het denken
de sprakeloze diepzee in
en wacht af

Achter onze kaken komen kieuwen vrij
aan onze schenen en ellepijpen groeien vinnen

Wij een school kronkelende ruggengraten
We grazen de bodem kaal

Het domme gulzige begin
De afdruk van al wat nog zou komen

 

(Eerste van vijf gedichten in de bundel Veelvoud van een eiland, Uitgeverij P, door dichterscollectief Obsidiaan. Een reis rond de wereld, van eiland naar eiland, met Edward Hoornaert, Ann Van Dessel, Steven Van Der Heyden, Wim Vandeleene, Geert Viaene en Tania Verhelst)

This entry was posted in Reinout Verbeke. Bookmark the permalink.